“Wie zich brandt,
moet op de blaren zitten”
Hier lees je de scriptietips van onze scriptiebegeleiders.
Wil je direct in contact komen?
Hulp nodig bij je scriptie?
Vul je gegevens in voor een gratis en vrijblijvend adviesgesprek.
10.000+ studenten geslaagd
98% slaagt op tijd
Hbo & wo, online & offline
Scriptiebegeleiding sinds 2005
Inhoudsopgave
Opzet en structuur van je scriptie
In deze column wordt de opzet van de scriptie besproken. Deze column is een vervolg op column 6 die een overzicht gaf van de grote structuur van een scriptie, door middel van de vijf elementen: inleiding, theorie, methodologie, empirie en conclusie. In deze en de volgende vier columns wordt op elk van deze vijf onderdelen dieper ingegaan. Waar nodig zal ik het onderscheid aanbrengen tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Het eerste heeft met name betrekking op bachelor-scripties (hier wordt vaak met name binnen het HBO een casestudy uitgevoerd) en op het tweede ligt vaak de nadruk bij master-scripties (waarbij vaak een grootschaliger survey of database onderzoek wordt verricht).
Deel I: Inleiding van de scriptie: BLAUWDRUK
Voorafgaande aan het schrijven van een scriptie schrijf je een onderzoeksvoorstel, dat vervolgens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de onderwijsinstelling. Bij groen licht kan je daadwerkelijk beginnen met de opzet van je onderzoek. De omvang en inhoud van dit voorstel verschilt per opleiding, maar de grondvorm is hetzelfde. Dit scriptievoorstel wordt later omgevormd tot hoofdstuk 1 (de inleiding) van je scriptie. Dit is de blauwdruk en bestaat uit vijf componenten.
Component 1: aanleiding tot het probleem
Je hebt ooit besloten voor een bepaald scriptieonderwerp te kiezen. Je hebt iets gehoord of gelezen dat jouw aandacht trok. In een college is een onderwerp besproken waarvan gezegd werd dat het zinvol is daarin verder onderzoek te doen. Je kent een bedrijf dat een probleem heeft, dat opgelost moet worden en waarvoor het bedrijf zelf geen tijd heeft. Kortom dacht je in ieder geval dat het leuk en uitdagend was om in een bepaald onderwerp verder te gaan en alvast een opzet te maken.
In de inleiding (tot het probleem) wordt de context beschreven en ga je inzoomen op het probleem dat je in je scriptie wilt aanpakken. Elke scriptie heeft een onderliggend probleem en aan de analyse en/of de oplossing ervan wordt een bijdrage geleverd. Het probleem moet breed gedragen zijn, dus niet alleen jij, als de schrijver van de scriptie, moet het onderkennen. Als jij de enige bent die het de moeite waard vindt en voor de rest niemand, moet je even verder kijken want interessant voor jou is niet voldoende, het moet ook relevant zijn voor anderen. “Who wants to know?” is een belangrijke vraag. Er moet tenminste iets of iemand zijn die zit te springen om de oplossing van het beschreven probleem.
Het beschreven probleem dient onderbouwd te worden door te verwijzen naar relevante bronnen. Denk hierbij aan artikelen of papers bijvoorbeeld, die het probleem onderschrijven.
Zonder probleem geen probleemstelling en zonder probleemstelling geen scriptie.
Component 2: doelstelling
Vraag je altijd af wat er aan het einde moet liggen en verlies dit nooit uit het oog. Dat is het doel waarnaar je streeft. Dit kan bijvoorbeeld een advies, aanbevelingen voor verbetering of het vinden van een verband tussen twee zaken zijn. Denk ook concreet na over de vorm waarin je dit giet. Wordt het een opsomming van relevante zaken, een verbaal advies, een schematisch overzicht of een tabel met twee ingangen bijvoorbeeld? In je scriptie(proces) ga je namelijk zo efficiënt mogelijk op dit doel af. Heb je moeite met het opstellen van een doelstelling? Neem dan een kijkje op deze blog.
Component 3: probleemstelling
Uit het expliciet beschreven probleem wordt de probleemstelling, de centrale onderzoeksvraag, afgeleid. De scriptie heeft slechts tot doel deze vraag uiteindelijk te beantwoorden, niet meer en niet minder. Daarnaast is het doel van de scriptie het probleem voor de probleemhebber op te lossen en de doelstelling te bereiken. Formuleer de probleemstelling zodanig, dat je deze niet met ja/nee kunt beantwoorden. Er zit een heel (grijs) gebied tussen ja of nee. Denk maar aan het verdelen van een groep studenten in goede en slechte studenten; dat kan niet. Er zitten allerlei gradaties tussen. Het gaat in de meeste gevallen niet om de vraag of het voldoet of niet, maar de mate waarin.
Component 4: deelvragen
Omdat de onderzoeksvraag niet in één keer kan worden beantwoord, hak je deze op in kleine stukken, dat noemen we deel(sub)vragen. Het zijn in feite de kleine stapjes die je zet om bij je einddoel te komen, namelijk het beantwoorden van de centrale onderzoeksvraag. In de verschillende hoofdstukken worden één of meerdere van deze deelvragen beantwoord.
Component 5: thesisstructuur/leeswijzer
Tot slot eindig je de inleiding met de thesisstructuur door exact aan te geven wat je gaat doen in elk hoofdstuk. Je zou het een soort blauwdruk van je scriptie opzet kunnen noemen. Vergelijk het maar met de tekening van een huis en de bouwinstructies daarvan. Je moet bij een huis beginnen met het fundament en van daaruit omhoog werken. Je kan niet beginnen met de eerste verdieping. Bovendien moet je goed nadenken waar de ramen en deuren komen en hoe de verschillende ruimtes ingedeeld worden. Dit gedetailleerd plan wordt in de thesisstructuur uitgelegd.
Eigenlijk is elk hoofdstuk een mini scriptie met een eigen onderzoeksvraag, een eigen opzet en doelstelling. Dit hebben we deelvragen genoemd. De antwoorden op de deelvragen (zeg maar de conclusies van de hoofdstukken) vormen samen het antwoord op de centrale onderzoeksvraag.
Algemeen: afbakening
Deze thesisstructuur geeft je houvast bij het schrijven van je scriptie opzet en daarmee besluit je wat je wel en wat je niet gaat doen in je onderzoek. Dat heet afbakening, het belangrijkste van de inleiding van de scriptie; bepalen wat je wel en wat je niet gaat doen. Dat moet je in een zo vroeg mogelijk stadium doen, want anders kom je er na een bepaalde tijd achter dat je dingen hebt gedaan die niet nodig waren of dat je dingen niét hebt gedaan die wel noodzakelijk waren. Het spreekt voor zich dat je beide situaties moet zien te voorkomen.
Over het algemeen is het zo dat onvoldoende afbakening leidt tot een té breed onderzoek. Uiteindelijk resulteert dat in een vaag en nietszeggend antwoord op de onderzoeksvraag. Het is beter en zelfs noodzakelijk om goed af te bakenen, want hierdoor kun je dieper ingaan op het onderwerp. Dan voeg je over het algemeen ook waarde toe en dat daaraan ontleent jouw scriptie relevantie.
Ik eindig met een beroemde Duitse uitspraak:
“in der Beschränkung zeigt sich der Meister”
Heeft dit jou geholpen? Deel het met anderen:
Heb je vragen over dit artikel?
Laat een comment achter
Heb je vragen over dit artikel? Laat een comment achter en een van onze
begeleiders zal hem zo spoedig mogelijk beantwoorden
Bekijk meer artikelen
Heb je vragen over dit artikel?
Laat een comment achter
Heb je vragen over dit artikel? Laat een comment achter en een van onze
begeleiders zal hem zo spoedig mogelijk beantwoorden